Vasco da Gama was een ontdekkingsreiziger, afkomstig uit Portugal, die leefde van 1469 tot 24 december 1524.
Hij is het bekendst om als eerste India te hebben ontdekt.

De 28-jarige Vasco da Gama, reeds benoemd tot zeeofficier, stond op die leeftijd klaar om aan één van zijn belangrijkste opdrachten te beginnen: een vaarroute naar India te vinden. Hij besliste om rond Afrika te varen. Na een klein halfjaar bereikte hij dan ook al Kaap de Goede Hoop, een zuidelijk punt in Afrika, om vervolgens zijn expeditie voort te zetten naar eindbestemming Calicut (India). Dit had hij dan ook na een klein jaartje in het totaal bereikt.

Calicut was een belangrijke haven, hier werden namelijk veel Indiase producten (vooral specerijen) verhandeld. Maar handelen verliep moeizaam voor Vasco da Gama, de handelaren werkten namelijk redelijk tegen. Daarom besloot hij om terug te keren. Drie jaar later probeerde hij het opnieuw, maar deze keer ging hij niet alleen. Zo'n 19 andere schepen vergezelden zijn schip op weg naar Calicut en dat had ook zo zijn reden: langs zijn route passeerde hij vele Afrikaanse dorpen waar hij besliste om even te stoppen. Niet om eens vriendelijk goeiendag te komen zeggen, maar om hen te dwingen al hun kostbaarheden af te geven. Moesten ze niet gehoorzamen, zou hij berucht hun dorp vernielen.

Eens in Calicut verliep het handelen weer moeizaam en dat maakte hem best kwaad. Zo kwaad dat hij de stad voor 2 dagen lang bombardeerde. Daar kon hij dus niet meer handelen, dus besliste hij om het in een andere Indiase stad te proberen: Cochin: daar lukte het wel.

In 1524 stierf Vasco da Gama in Cochin om daar corruptie te bestrijden - er was echter daar al een Portugese kolonie gevestigd - aan een onbekende ziekte.