Varamyr schreef:
Het felle zonlicht liet haar ontwaken uit haar slaap, gepaard gaande met de geluiden van zowel buitenaf als binnenuit. Moeizaam gingen haar ogen open en het allereerste wat ze zag, waren grauwzwarte muren. Ze werd wakker in een heel ander appartement, anders dan die van haar waarin ze enkel hout kon zien in plaats van muren die ook daadwerkelijk van beton waren gemaakt. Het verwarde haar, want waar ze was en hoe ze hier terechtkwam, was voor haar één groot raadsel die ze nu nog niet oplossen kon.
De draai van rug naar zij, veroorzaakte pijn in haar hele onderrug. Een kreun, mede veroorzaakt door de pijn en moeheid die ze op dat moment ervoer, verliet haar lippen. Ze was nog geen minuut wakker of ze had nu al geen zin meer in hetgeen wat nog komen moet; vandaag. Desalniettemin wist ze haarzelf uit bed te krijgen, zelfs al deed het pijn en wilde ze het liefst weer in diepe slaap vallen. Het zoeken van antwoorden op de vragen die zich creëerde in haar bovenkamer, was wellicht hetgeen wat alles overtrof.
Ze stond op, wegkijkend naar de kledij op de vensterbank. Omdat de hygiënische toestand van haar jurk te wensen overliet, zat er niets anders op dan het aannemen van de kleding die hij haar toevertrouwd had. Vermoeid en enigszins in de war, ontdeed ze haarzelf van haar inmiddels grijs uitziende gewaad. Doch, ondanks de simpelheid van de uitvoerende daad, voelde het alsof haar lichaam haar voortdurend in de steek liet. Dat viel terug te zien in haar gezicht, die betrok bij elke lichaamsbeweging die ze deed. Het verbena was nog niet uit haar systeem, dat was tot nu toe het enige wat voor opheldering zorgde. Behoedzaam liet ze haar kledij op de grond vallen. Haar koude, naakte lichaam liet ze enkele secondes voor wat het was vooraleer ze het initiatief nam om zich te bekleden met een onbekende zijn kleding. Het viel al meteen op dat de maat groter was dan wat haar lichaam gewend was, maar op dat moment kon het haar weinig baten. Ze was de persoon al lang dankbaar dat hij haar onderbracht in zijn eigen tehuis en haar kleding aanbood.
Daar stond hij, de laatste persoon waar ze mee gesproken had voordat ze neerviel op de koele stenen van Moeder Natuur. Temidden van verwarring en schaamte over het incident van vannacht wees Adoria op zijn moedige optreden - al was dit meer gericht naar haarzelf dan naar hem -. Haar achterlaten in het duister, alsof haar tegen het lijf lopen nooit gebeurd was, liet hij achterwege. Hij was niet alleen integer, maar ook heldhaftig. Met een gefronst voorhoofd, bleef ze op afstand staand onderwijl haar handen langzaam in 'haar' broekzakken verdween. Het verbaasde haar dat ze hem in het vizier kreeg, zeker na haar belabberde vertrek. Het liet maar weer eens zien wat zijn kwaliteiten waren. ''You're a real gentleman, aren't you?" murmelde ze, toekijkende hoe hij bezig was met het sleutelen aan zijn matzwarte jeep.
Het felle zonlicht liet haar ontwaken uit haar slaap, gepaard gaande met de geluiden van zowel buitenaf als binnenuit. Moeizaam gingen haar ogen open en het allereerste wat ze zag, waren grauwzwarte muren. Ze werd wakker in een heel ander appartement, anders dan die van haar waarin ze enkel hout kon zien in plaats van muren die ook daadwerkelijk van beton waren gemaakt. Het verwarde haar, want waar ze was en hoe ze hier terechtkwam, was voor haar één groot raadsel die ze nu nog niet oplossen kon.
De draai van rug naar zij, veroorzaakte pijn in haar hele onderrug. Een kreun, mede veroorzaakt door de pijn en moeheid die ze op dat moment ervoer, verliet haar lippen. Ze was nog geen minuut wakker of ze had nu al geen zin meer in hetgeen wat nog komen moet; vandaag. Desalniettemin wist ze haarzelf uit bed te krijgen, zelfs al deed het pijn en wilde ze het liefst weer in diepe slaap vallen. Het zoeken van antwoorden op de vragen die zich creëerde in haar bovenkamer, was wellicht hetgeen wat alles overtrof.
Ze stond op, wegkijkend naar de kledij op de vensterbank. Omdat de hygiënische toestand van haar jurk te wensen overliet, zat er niets anders op dan het aannemen van de kleding die hij haar toevertrouwd had. Vermoeid en enigszins in de war, ontdeed ze haarzelf van haar inmiddels grijs uitziende gewaad. Doch, ondanks de simpelheid van de uitvoerende daad, voelde het alsof haar lichaam haar voortdurend in de steek liet. Dat viel terug te zien in haar gezicht, die betrok bij elke lichaamsbeweging die ze deed. Het verbena was nog niet uit haar systeem, dat was tot nu toe het enige wat voor opheldering zorgde. Behoedzaam liet ze haar kledij op de grond vallen. Haar koude, naakte lichaam liet ze enkele secondes voor wat het was vooraleer ze het initiatief nam om zich te bekleden met een onbekende zijn kleding. Het viel al meteen op dat de maat groter was dan wat haar lichaam gewend was, maar op dat moment kon het haar weinig baten. Ze was de persoon al lang dankbaar dat hij haar onderbracht in zijn eigen tehuis en haar kleding aanbood.
Daar stond hij, de laatste persoon waar ze mee gesproken had voordat ze neerviel op de koele stenen van Moeder Natuur. Temidden van verwarring en schaamte over het incident van vannacht wees Adoria op zijn moedige optreden - al was dit meer gericht naar haarzelf dan naar hem -. Haar achterlaten in het duister, alsof haar tegen het lijf lopen nooit gebeurd was, liet hij achterwege. Hij was niet alleen integer, maar ook heldhaftig. Met een gefronst voorhoofd, bleef ze op afstand staand onderwijl haar handen langzaam in 'haar' broekzakken verdween. Het verbaasde haar dat ze hem in het vizier kreeg, zeker na haar belabberde vertrek. Het liet maar weer eens zien wat zijn kwaliteiten waren. ''You're a real gentleman, aren't you?" murmelde ze, toekijkende hoe hij bezig was met het sleutelen aan zijn matzwarte jeep.




0
0
0
0
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.


20




