Je hebt nog niet gereageerd op het forum.

Hier komen de laatste 3 forum topics te staan
waarop je hebt gereageerd.
+ voeg shout toe
Cool.dus.niet
Ik geef random sets weg, want vp bday!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.

Klik hier om een gratis account aan te maken en ik leg je uit hoe jij je eerste fans en popdollars verdient.
> Sluiten
Helper
12 van de 24 sterren behaald.

Forum

ORPG < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
ORPG | Apostasy and Cerdenda
Account verwijderd




Het voelde onnatuurlijk en vreemd om Leya hier te zien. In Cerdenda. Zo vaak had ze zich ingebeeld hoe het zou zijn als Leya haar wel gevolgd had, zo vaak had ze ergens nog een klein sprankje hoop vandaan gehaald. Toch wist ze dat het geen werkelijkheid zou worden, dat Leya nooit bij Cerdenda zou komen en dat ze elkaar nooit meer zouden spreken. Tot vandaag. Het was vreemd om te bedenken dat ze Leya vanmiddag nog buiten had willen sluiten en ze nu niets liever wilde dan met haar praten. Hoe meer tijd ze met de vrouw spendeerde, hoe meer dingen ze zag die ze ooit zo leuk gevonden had. 
Ze moest er wel verbouwereerd uitgezien hebben toen Leya haar vertelde dat ze haar vergaf. Ze zei het niet op een bespottende manier. Ze was serieus. Ze kon zich niet herinneren dat Leya ooit zo mild met iemand geweest was. Ze had misschien zelfs geloofd dat Leya haar vergaf omdat ze er niets om gaf, maar toen kwam de welbekende koosnaam. Leya zou haar nooit een koosnaam geven als ze er niets om gaf en ze zou haar niet zo noemen als het haar nu niets meer kon schelen. Ietwat nerveus draaide ze haar haar rond haar vinger. Het was een welbekend trekje. De koosnaam riep meer herinneringen op dan ze eigenlijk wilde. Ze kon zich nog zo veel van Leya herinneren. Er waren zo veel herinneringen die ze liever had willen vergeten, maar die ze nooit vergeten was. Het waren pijnlijke herinneringen als je je bedacht dat de ander niet langer een deel van je leven uitmaakte.
'Je weet dat ik dat niet kan.' fluisterde ze. Ze kon het niet. Ze kon niet nog meer geluk vernietigen, ze kon niet nog meer gezinnen opbreken en ze kon niet nog meer onschuldige mensen vermoorden. Ze kon het gewoon niet meer, ze was er te zwak voor geworden. 
'Ik vertrok niet omdat ik niet meer bij jou wilde zijn, Ley. Ik kan daar niet gelukkig zijn.' mompelde ze. Ze wilde altijd al gelukkig zijn. Het had haar nooit uitgemaakt met wie dat was. Ze wilde thuiskomen en een goedenavond gekust worden, ze wilde dat er iemand thuiskwam die om haar gaf, ze wilde niet in angst leven voor de dood van haar geliefde. 
'En ik slaap niet met Dane omdat ik van hem houd. Of wel, ik houd wel van hem, maar niet op die manier. Ik ben gewoon niet goed in alleen zijn en hij ook niet.' ze wilde het verklaren, hoe stom dat ook was. Eigenlijk hoefde ze het helemaal niet te verklaren. Het maakte Leya waarschijnlijk helemaal niets uit, maar ze vertelde het toch, voor die kleine kans dat het haar wel iets kon schelen.
Anoniem
Internationale ster



Het was als een droom. Leya had nooit durven denken dat ze Celeste ooit nog eens zou zien. Nu stond de vrouw voor haar neus. De contouren van haar lichaam vaag zichtbaar in het maanlicht. Ze slikte moeizaam. Iets in haar brak. Misschien was het de manier waarop Celeste had gefluisterd, misschien was het het feit dat Celeste nooit gelukkig kon zijn in Apostasy. Wat was geluk nou eigenlijk, en waarom wilde iedereen zo graag gelukkig zijn? Het was een onderwerp waar ze nauwelijks aandacht aan had besteed. Ze dacht niet aan haar geluk. Ze dacht eigenlijk alleen maar aan haar verlossing. Verlossing van die pure haat die haar hart en haar leven beheerste. Die pure wraak die pas gestild zou worden als ze, als ze wat eigenlijk? Als ze genoeg mensen had vermoord? Ze wist het allemaal niet meer zeker. Altijd had ze gedacht dat ze vrede kon vinden als ze de mensen had vermoord die haar moeder hadden vermoord. Altijd had ze gedacht dat ze vrede kon vinden als ze de macht had, een verandering kon aanbrengen in deze wereld. Eigenlijk had ze altijd gedacht dat ze op die manier de vrede in haar hart kon terugvinden. Ze had nooit gedacht aan gelukkig zijn, het was een concept wat ze niet volledig begreep. En terwijl ze het niet volledig begreep, begreep ze Celeste wel. Maar dat betekende niet dat het haar pijn deed. Ze had altijd gedacht dat Celeste wel gelukkig was met háár, waar ze ook waren. Het blijkt wel weer dat ze het concept geluk niet goed genoeg begreep. Net zoals ze het niet begreep dat Celeste niet alleen kon zijn. Was ze echt hopeloos dat ze dan de eerste de beste kandidaat opeiste? Want zo leek het in haar ogen wel, omdat ze duidelijk niet van Dane houdt op de manier die ze allebei in gedachten hadden. De manier waarop zij misschien wel van elkaar hielden. 
"Kun je hier wel gelukkig zijn dan?" vroeg ze. "Kun je gelukkig zijn met Dane?" Haar stem klonk beverig. Ze was zelden bang maar nu was ze bang voor het antwoord van Celeste. Ze wilde niet dat Celeste haar geluk bij Dane kon vinden in Cerdenda. Ze wilde niet dat ze zelf niet haar geluk kon zijn. Het was egoïstisch, dat wist ze zelf ook wel. Ze wist niet eens wat geluk was, ze had het waarschijnlijk nooit ervaren. Maar toch deed het haar pijn op een manier die ze nog nooit gevoeld had. Het was anders dan de pijn die ze voelde wanneer ze uit was op wraak, dat was een zeurende pijn die ze gemakkelijk kon stillen door het uitvoeren van de taak. Maar de pijn die ze nu voelde was een andere pijn, deze pijn zat diep en ze kon het maar niet stoppen. Ze kon Celeste niet weer kwijtraken. 
Account verwijderd




Het was zo veel gemakkelijker als ze Leya goed kon zien. Ze kon zien waar ze stond en ze zag haar bewegingen ook, maar de details waren vaag. Ze kon de gezichtsuitdrukking op Leya's gezich niet zien, ze stond met haar rug naar de maan. Zij leek daarentegen verrassend makkelijk te zien naast Leya. Ze kon de details van haar handen en haar wel zien. Haar haar dat er momenteel niet uitzag. Ze kon er op geen enkele wijze charmant uit zien momenteel. Haar shirt was gescheurd, haar broek zat onder het bloed, het bloed zat ook op haar handen en in haar haar. Ze kon er gewoon niet mooi uitzien momenteel. Waarschijnlijk leek het alsof ze net uit een zwaar gevecht gelopen was, maar niets was minder waar. 
Haar blik focuste zich opnieuw op Leya. Ze deed haar best om dingen in haar manier van staan te herkennen, maar ze had Leya nog niet eerder zo gezien of gehoord. Leya was altijd sterk en zeker, maar daar leek nu verandering in gekomen. Leya zou altijd sterk blijven, maar ze leek onzekerder nu. Ze kon het bijna verdrietig noemen. Ze duwde haar nagels in haar handpalmen, ze wilde niet denken aan haar reden. Ze keek naar de grond toen Leya haar vroeg of ze gelukkig kon zijn. Kon ze dat? 
'Ik weet niet of ik hier gelukkig kan zijn, maar ik weet wel dat ik het niet kan zijn in Apostasy.' gaf ze toe. Het leven hier was vrediger. De kans was in elk geval een stuk groter. Ze kon niet anders dan proberen, want ooit in haar leven had ze geluk nodig. 
'Nee. Ik kan niet gelukkig zijn met Dane. Maar ik voel me wel goed bij hem en dat is meer dan ik verwacht had toen ik hier aankwam.' ze hield van Dane en hij was haar beste vriend, maar dat betekende niet dat ze gelukkig kon zijn. Hij ook niet. Dane wilde kinderen, een familie. Hij zou zoiets niet vinden bij haar, ze kon het de kinderen niet aandoen. Kinderen met ouders die niet van elkaar hielden, het kon nooit fijn voor ze zijn. 
'Kun je gelukkig worden met Lorraine? Jullie hebben misschien niets, maar je slaapt met haar.' vroeg ze. Ze kende Leya langer dan vandaag. Dat ze riep dat ze helemaal niets met Lorraine had, betekende niet dat ze niet met haar sliep. Zij en Leya hadden ook niets gehad. Misschien was ze wel gelukkig met Lorraine. Ze wist zeker dat de vrouw alles was wat zij niet was. Ze was een leider. Ze kende geen zwakte en was meedogenloos. Ze had verhalen gehoord, het was geen vrouw waar je problemen mee wilde hebben. Leya had een hekel aan zwakte en Lorraine was misschien wel de enige die dat nooit zou zijn.
Anoniem
Internationale ster



De vraag die Celeste haar had gesteld deed haar duizelen. Ze kon nooit gelukkig worden met Lorraine, dat stond als een paal boven water. Alhoewel ze eigenlijk niet kon bevatten wat gelukkig zijn nou eigenlijk inhield, wist ze dat Lorraine haar daar niet kon brengen. Lorraine ziet er sterk uit maar schijn bedriegt. Leya wist dingen van de zogenaamde sterke vrouw die merendeel niet eens achter haar zocht. Lorraine was een gebroken persoon en zij zou nooit helen. Misschien dat dat haar wel zo sterk maakte. Nee, Lorraine verhulde haar ware zelf goed. Dat wist ze maar al te goed. Aan de ene kant kon ze dat bewonderen aan haar maar aan de andere kant ook totaal niet. Lorraine kon Leya echter wel goed aanvullen en ze was in staat haar op haar gemak te laten voelen en haar écht te laten lachen maar Leya kon nooit volledig voor haar vallen. Ze zou nooit écht van haar kunnen houden. Daarvoor hadden ze beide te veel haat in hun harten, ze hadden vrijwel geen plek voor liefde. Celeste haalde iets anders in Leya naar boven, een kant van haarzelf die ze niet kende. De kant was zwak en kwetsbaar maar weliswaar zeer kostbaar, dat voelde ze. Eigenlijk waren Celeste en zij zijn altijd al twee hele verschillende personen geweest. Leya was de sterkste van de twee, dat was waar. Celeste was zorgzamer maar toch kon ze vroeger wel meedogenloos uit de hoek komen. Nu had ze dat meedogenloze echter helemaal verloren. Maar toch voelde Leya dat ze wel bij elkaar zouden passen. Het was een vreemd gevoel, ze wist niet wat ze ermee aan moest. 
Ze bleef kijken naar de gedaante van de vrouw voor haar en haalde een hand door haar haar. Het voelde stug aan, ze had het in geen lange tijd gewassen. Ze voelde zich plotseling erg vies maar het maakte haar allemaal niet meer uit. Ze wilde vanavond niet terug naar Apostasy. Ze wilde hier blijven, bij Celeste.
"Ik kan nooit gelukkig worden met Lorraine." antwoordde ze vervolgens. "Maar wat houdt het concept geluk nu eigenlijk in Leste?" vroeg ze vervolgens. Ze deed haar armen over elkaar. "En waarom kunnen wij dat niet met elkaar zijn?" Zo, de vraag was eruit. Ze schrok er zelf van maar ze voelde niet eens meer dat ze zelf degene was die praatte. Ze voelde zich een ander persoon. 
Account verwijderd




Als ze geweten wat geluk precies inhield, had ze het Leya haarfijn uitgelegd. Maar ze kon het niet uitleggen, het was een gevoel waar ze geen woorden voor kon vinden. Ze had zich achteraf pas beseft dat ze ooit gelukkig was geweest. Voor haar gave, voor haar lijden. Ze had liefdevolle ouders gehad, vrienden en zelfs een vriend. Ze was nooit echt gelukkig geweest, maar ze wist hoe dichtbij ze geweest was. Dat was allemaal veranderd met die achterlijke tatoeage. Ze had er nooit om gevraagd. Misschien was ze wel gelukkig geweest met het feit dat ze nooit helemaal gelukkig zou worden, dat had ze kunnen accepteren. Nu voelde ze alles zo veel sterker. Onbewust had ze naar Leya gestaard, ze wierp haar blik direct op de grond. Ze kon het niet helpen dat ze alles zo veel sterker voelde, het was een deel van haar. Een deel dat ze verachtte, ze wilde het niet. Het was alleen maar nadelig. Nu ook. Ze had haar gevoelens voor Leya helemaal niet nodig. Het zou alleen maar pijnlijker voor haar zijn als ze weer zou vertrekken.
'Ik kan je niet uitleggen wat geluk is, Ley. Ik weet alleen wat mij niet gelukkig maakt.' zei ze. Ze keek naar Leya. Leya was niet één van die dingen. Ze voelde zich goed bij de vrouw, hoe vreemd dat ook was. Hoe hard, meedogenloos en koud ze ook was, Leya had haar niet één keer slecht behandeld. Tot vandaag. Ze was niet erg aardig geweest. Toch vergaf ze het de vrouw, ze had het verdiend. Zij was degene geweest die Leya verlaten had, niet andersom. Ze had alle reden om boos op haar te zijn. Toch had ze ervoor gekozen haar te vergeven.
'Omdat ik niet ga vernietigen waarvoor jij momenteel leeft.' het was niet meer dan een fluistering. Een relatie met haar zou betekenen dat ze uit Apostasy verbannen werd. Geen aanslagen meer, geen moord meer. Het was altijd belangrijk voor Leya geweest. Haar hart was vervuld met haat en ze verlangde meer naar wraak dan naar iets anders. Ze kon dat Leya niet afnemen. 
'Hoe graag ik ook gelukkig met je zou willen worden. Ik zal je nooit kunnen geven waarnaar je zo verlangd.' wraak, dood, haat. Het was allemaal niets meer voor haar. Ze wilde rust, vrede. Ze verlangde niet naar vrede in de wereld, maar wel vrede haarzelf. Ze wilde niet naar haarzelf kijken en beseffen dat ze haar eigen acties verachte. Ze wilde zich niet schuldig voelen en ze wilde al helemaal niet verantwoordelijk zijn voor wat Leya ook aangedaan was. Ze zag wat er met haar gebeurd was en ze wilde niemand op die manier zien breken. Ze beet op haar lip. Het kostte haar moeite om het tegen Leya te zeggen. Ondanks alles wat er gebeurd was, wilde ze nog altijd bij Leya zijn. En ze wist dat dat niet kon. Leya had haar niet nodig, ze kon niet sterk genoeg zijn voor haar.
Anoniem
Internationale ster



Haar zicht werd wazig, ze kon hier niet meer blijven. Het was wel duidelijk dat Celeste en zij niet bij elkaar konden zijn. Er was geen tussenweg te vinden, het zou niet werken. Het deed haar pijn om eraan te denken maar het moest maar. Ze had al vaker pijn ervaren dus dit kon er ook nog wel bij. Ze zuchtte diep. Ze was vreselijk gefrustreerd. Maar waarom eigenlijk? Omdat ze niet kreeg waar ze naar verlangde? Ze kon niet met Celeste zijn, ze zou niet terug kunnen naar Apostasy en Leya zou nooit kunnen overstappen naar Cerdenda. Dat zou verraad zijn, niet alleen voor Apostasy, voor iedereen daar maar ook voor haarzelf. Ze zou haar ware aard, haar ware zelf moeten achterlaten om naar Cerdenda over te lopen. Ze zou zo niet kunnen leven, dat was simpelweg niet mogelijk. Maar dat betekende dus ook dat Leya en Celeste niet mogelijk waren. Misschien was ze ooit dan wel gelukkig geweest met haar. Misschien was ze gelukkig geweest in de tijd dat ze samen vochten, naast elkaar, in Apostasy. Toen ze samen voor hetzelfde had gestreden en hetzelfde voelde. Ze waren verschillend maar nu waren ze op een punt dat ze simpelweg té verschillend waren om nog samen te kunnen zijn. Er brak iets in haar maar ze negeerde het. De woede kwam weer terug in haar hart, het was er even niet geweest maar het was weer terug. Ze was weer boos, gefrustreerd omdat iedereen haar altijd scheen te verlaten. Zo voelde het voor haar, ze voelde zich nooit goed genoeg. En misschien zou ze dat ook wel nooit zijn. 
"Vaarwel Celeste," zei ze. Haar stem had zijn kracht weer terug gevonden. Het leek wel of dat ze alle gebroken stukjes van haarzelf die ze zojuist voor Celeste had neergelegd, weer had opgeraapt. Ze had zichzelf weer terug. Celeste wilde haar gebroken stukken niet aannemen. Achter haar ogen voelde ze iets branden maar ze knipperde het weg. Ze had sinds de dood van haar moeder niet meer gehuild en dat zou nu ook niet gebeuren. "Ik hoop dat je ooit gelukkig kan zijn, al is dat zonder mij."
Account verwijderd




Misschien had ze bij Leya kunnen zijn als gaven nooit bestaan hadden. Als de twee kampen er niet waren en als de wereld niet bijzonder was. Er was niets wat hen zou kunnen scheiden daar, geen verbanning, geen wraakgevoelens, niets. Maar dat was niet zo, de gaven waren er wel en de kampen verboden hen om samen te zijn. Zij kon niet terug naar Apostasy en Leya kon niet naar Cerdenda. Er was op geen enkele manier een toekomst voor hen. Ze konden met elkaar spreken, maar meer dan dat zou er nooit in zitten.
De Leya die ze kende, was weer terug. Haar stem was niet langer gebroken en ze stond rechter, sterker. Dit was het echte afscheid, het afscheid dat zij al die maanden geleden had moeten nemen. Maar toen was ze vertrokken zonder iets te zeggen, het was zo veel makkelijker geweest. Ze knikte, het was misschien beter zo. Misschien was het goed dat ze afscheid nam van de vrouw, misschien kon ze dan wel door. En misschien, heel misschien, zou ze toch geluk vinden. Ze knikte opnieuw, waarna ze een kleine stap vooruit zette. De kus die ze tegen haar wang drukte was kort en zacht, maar was wel duidelijk.
'Vaarwel, Leya. Ik hoop dat je vind waar je zo naar verlangd.' ze wierp een laatste blik op de vrouw voor ze zich omdraaide en wegliep. Ze kon niet langer blijven staan, het afscheid was meer dan genoeg voor haar. Ze hadden afscheid genomen en dat was dat, dat was het einde van wat ze dan ook ooit gehad hebben. Ze keek niet achterom, dat kon ze haarzelf niet aan doen. Ze sloeg haar armen om haarzelf heen tegen de kou en liep door, net zo lang tot ze haar tent bereikt had. Dane was er niet en ze wist niet zeker of ze daar blij om moest zijn. Het was zo makkelijk om van haar pijn af te komen als Dane er was. Ze hoefde het hem alleen maar te vragen. Maar Dane was er niet en ze had niet langer de energie om te lopen. Ze had niet genoeg energie om Dane's tent te bereiken. Dus kroop ze in haar eigen bed. Ze voelde zich alleen en verlaten, maar ze had niet de tijd daarover na te denken. Ze krulde zich op in haar deken en wachtte tot ze het enigszins warm zou krijgen, tot ze in slaap kon vallen. Het duurde niet lang voor ze de slaap voelde komen, ze was zwaar vermoeid. Ze dacht aan Leya voor ze in slaap viel. De vrouw met wie ze ooit zo graag samen geweest was. De vrouw met wie ze misschien nog altijd samen wilde zijn. De vrouw met wie ze nooit samen zou kunnen zijn.
Anoniem
Internationale ster



De kus die Celeste op Leya's wang had gedrukt liet een afdruk op haar ziel achter. Het was een eerlijke kus, een kus die dat wat ze ooit hadden, eindigde. Ze zouden nooit samen kunnen zijn, ze zouden elkaar in het geheim kunnen opzoeken maar dat zou te veel risico's meebrengen en ze zouden zichzelf daarmee alleen maar pesten. Want dan zouden ze elkaar zien voor een paar keer in de maand en toch zouden ze niet volledig samen kunnen zijn. Dat was geen leven voor beiden. Toch was Leya gerustgesteld dat ze nu een afscheid hadden gehad wat ze nodig hadden. Ze moesten hun boek dichtklappen en een einde maken aan dit verhaal. Ze moesten zonder elkaar verder en zouden ieder een eigen leven moet opbouwen. 
Nadat Celeste was weggelopen bleef Leya even staan. Ze staarde de vrouw met wie ze had gehoopt ooit gelukkig te kunnen worden na en sloeg haar armen beschermend om zichzelf heen. Weer was ze verlaten en alleen. Misschien was dit wel haar lot, haar leven.
Met een diepe zucht draaide ze zich om en liep ze Cerdenda uit, ze zou hier nooit meer terugkeren. Even voordat ze over de boomstronken sprong die het kamp afbakende, keek ze nog achterom. "Slaap lekker Leste," fluisterde ze zacht waarna ze over de boomstronken heen sprong en het bos in rende. 
Ze wilde niet midden in de nacht aankomen bij Apostasy. Eigenlijk was dat gewoon puur omdat ze niet wist wat ze zou aantreffen en omdat ze daar eigenlijk wel voor vreesde. Dus besloot ze haar nacht te spenderen in het bos, op niemandsland zoals het terrein tussen de kampen werd genoemd. Ze vond het helemaal niet erg om onder de sterren hemel te slapen. Ze had het gras gerangschikt zodat het eruit zag als een zacht bed en ze liet zichzelf erop zakken. Met een diepe zucht sloot ze haar ogen. In haar dromen zag ze Celeste nog voor zich. 
Anoniem
Internationale ster



If you think of it all this way, then it’s like neither of us did anything wrong.
You just found me in the wrong universe. That’s all. This is, as they say, the darkest timeline. Everywhere else, nay, “everywhen” else — us in the Civil War, us in Ancient Egypt, us in the swinging ’60s — we are happy.
If this theory holds, well, by the law of averages, there had to be one universe — just this one — where we don’t end up together. Here and now just happens to be it. If you think of it this way, nothing is our fault.
So see, that explains everything. We’re not together anymore because of the multiverse.
Because you could have loved me forever. And maybe in another universe, I let you.

Een tekst die goed bij Celeya past. 
Account verwijderd




Toen ze wakker werd, was ze niet langer alleen. Ze deed niet de moeite om naar zijn gezicht te kijken, ze wist dat hij het was. Ze sloeg haar armen om zijn buik en legde haar hoofd op zijn borstkas. Ze kende elke welving van zijn lichaam, ze twijfelde er niet eens aan dat hij het was. Een tijd lagen ze gewoon in stilte. Ze luisterde naar zijn ademhaling en hartslag, beiden waren kalm. Het was toch zo gemakkelijk geweest als het anders was geweest, als hun hartslagen versnelden. Maar dat was niet zo, Dane en zij zouden nooit op die manier van elkaar kunnen houden. Ze pulkte met haar vingers aan zijn shirt en hij liet het toe. Hij sprak niet, waarschijnlijk wachtte hij tot zij het zou doen. En zij kwam niet op de woorden. Ze verborg haar gezicht in zijn shirt en een diepe zucht gleed over haar lippen. Ze had over Leya gedroomd, over een wereld waarin ze wel samen hadden kunnen zijn. Het waren de gaven die dat allemaal hadden verpest. Opnieuw gleed een zucht over haar lippen.
'Ik ga haar nooit meer opnieuw zien.' mompelde ze, waarna ze opkeek om naar Dane te kunnen kijken. Dane knikte slechts, maar keek met medeleven naar haar. Zijn vingers gleden door haar haren, maar dat gaf hij al snel op. Haar haren waren een grote warboel en ze zou het niet kunnen kammen voor ze het meerdere malen gewassen had. Hij liet zijn armen om haar middel glijden.
'Wil je dat ik je beïnvloed?' ze schudde direct haar hoofd. Ze wilde zijn gevoelens nu niet, ze wilde haar eigen gevoelens voelen. Ze kon haar tatoeage voelen branden, maar het was nog goed te doen. Ze duwde haarzelf overeind, waarna ze even naar Dane keek en toen opstond. Ze droeg nog dezelfde kleren als gisteren, maar daar maakte ze zich niet druk om. Haar shirt was kapot en haar broek zat onder de opgedroogde bloedvlekken. Ze pakte een paar schone kleren en shampoo, waarna ze de tent verliet. Ze hadden geen echte douches, dus gebruikten ze de rivier. Koud was het niet. De rivier was niet ver, maar wel goed beschut door bomen. Ze bereikte de rivier dan ook al snel. Ze vouwde haar kleren op en legde ze aan de rand, waarna ze zich voorzichtig liet zakken in het koele water. Ze waste direct haar haren. Ze had drie keer nodig voor ze al het bloed eruit gewassen had. De klitten waren er nog niet volledig uit, maar die zou ze er wel weer uit kammen als haar haar straks opgedroogd was. Ze was opgelucht dat niemand haar kwam storen. Hoewel ze er nooit iets tegen had als mensen haar zagen, wilde ze deze ochtend liever niemand zien.
Anoniem
Internationale ster



De eerste zonnestralen van de vroege morgen maakte Leya wakker. Met een gaap ging ze rechtop zetten. Het bos lag er zo vredig bij. Het had geen idee van wat er gisteren allemaal was gebeurd. Maar toch kon ze voelen dat de natuur haar steunde. De natuur was altijd haar toevluchtsoord, de natuur zou haar nooit verlaten. Ze zuchtte diep en rekte zich vervolgens uit. Ze zou ooit eens terug moeten naar Apostasy maar ze had er totaal geen behoefte aan. Ze was bang voor wat ze zou aantreffen en ze was bang om Lorraine onder ogen te komen. Ze zou haar nooit meer met dezelfde ogen kunnen bekijken na alle gebeurtenissen van gisteren. Het was voor haar eindelijk duidelijk geworden dat ze nooit van Lorraine kon houden. 
Vannacht had ze over Celeste gedroomd natuurlijk. Haar gezicht zat nog vers in haar geheugen en haar woorden speelde zich opnieuw af in haar hoofd. Als deze wereld anders was geweest, zonder verdelingen en gaven, dan zouden ze misschien wél samen kunnen zijn. Eigenlijk was het allemaal niet eerlijk. Het had niet anders gekund, ze hadden geen andere mogelijkheid. Misschien zouden ze daardoor wel gedoemd zijn om nooit gelukkig te worden. Ze slikte even bij de gedachten, nu dacht ze zo vaak aan geluk dat ze een idee begon te krijgen van wat het nu eigenlijk was. Maar toch bleef geluk iets wat in een utopia hoorde en niet in hun dystopia. 
Leya haalde een hand door haar haar maar haar hand zat al meteen vast in de vele klitten. Ze had niet vaak klitten, over het algemeen kon haar haar zich goed gedragen. Maar dat was nu dus duidelijk een ander verhaal. Haar kleren zaten onder opgedroogd bloed en haar rug voelde nog plakkerig aan van waar haar wond had gezeten. Ze wreef even over haar rug en was nog steeds verbaasd dat haar rug zo snel geheeld was. Ze hadden in Cerdenda toch nog wel handige gaven dacht ze. 
Met een zucht stond ze op van het grasbed. Ze moest een waterplek zoeken om zichzelf even te wassen voordat ze naar Apostasy ging. Of zou dat vreemd over komen als ze haar zagen? Alsof er niks met haar gebeurd was en ze zich gewoon even ging wassen voordat ze terug zou keren. Misschien zouden ze het wel achterdochtig vinden. Alsof ze hun aan hun lot had overgelaten en zelf was gevlucht. Ze was ook gevlucht maar dat was niet omdat ze hun niet wilde helpen, het was een soort reflex geweest, een eerste reactie. Ze moest eerst zichzelf redden voordat ze anderen kon helpen. Uiteindelijk zou iedereen haar toch verlaten. De enige die ze altijd zou hebben was zichzelf. En dat wist ze maar al te goed. 
Toch besloot ze om naar Apostasy te gaan. Ze begon te lopen richting haar kamp. Haar maag begon te rommelen en ze voelde dat ze een droge mond had. Ze had in bijna 2 dagen niks gegeten of gedronken en de hitte maakte het er allemaal niet veel makkelijker op. 
Account verwijderd




Ze hield van de rust die heerste in Cerdenda. Ze hadden geen achterlijke feesten om te vieren dat ze een recordaantal mensen vermoord hadden, ze hadden geen feesten waarop ze met iedereen sliepen en voor hun plezier de mensen in de omliggende dorpen lastigvielen. Het was dom en ze dachten er niet over na, het was helemaal niet de bedoeling dat de mensen wisten waar ze zaten. Als een van de omliggende bewoners hen zou verraden, zouden ze moeten verplaatsen. Ze vond deze plek fijn, ze wilde niet verplaatsen. Verplaatsen was een drama. Zo veel mensen hadden zich aangesloten bij het kamp, dat het bijna te groot werd om te verplaatsen. Er was nog niemand met de gave om het hele kamp te beschermen voor de aanvallen zo nu en dan, dus was blijven uitgesloten. 
'Celeste? Kunnen we zo even praten?' ze herkende de stem van Oliver, maar ze zag hem niet. Waarschijnlijk wilde hij haar privacy gunnen. 
'Ik kom er zo aan.' antwoordde ze. Ze pakte de handdoek die ze meegenomen had van de kant en sloeg die om haar lichaam toen ze zichzelf uit de rivier gehesen had. Ze droogde haar af, trok haar schone kleren aan en keek toen om zich heen. 
'Ben je klaar?' vroeg de man lachend. Zij knikte, maar besefte dat hij het niet kon zien. Dus liep ze tussen de bomen door en zag ze Oliver wat verderop met zijn rug naar haar toestaan. Oliver was een lieve man, hij deed altijd zijn best voor mensen. Ze zou willen dat zij zoals hij was, zo vriendelijk en respectvol. Ze deed haar best, maar ze zou nooit worden zoals hij. Ze raakte kort zijn schouder aan en hij draaide zich om, waarna een brede glimlach op zijn gezicht verscheen. Als ze Dane niet gehad had, was Oliver waarschijnlijk haar beste vriend geweest. Ze zouden nooit met elkaar slapen, hij had te veel bagage, maar ze zouden zeker goede vrienden geweest zijn. 
'Hoe is het met Leya?' vroeg de man. Ze fronste, waarna ze haar hoofd schudde. Hij moest niet naar Leya vragen. Hij wist het waarschijnlijk niet, hij kende haar niet. Oliver hielp altijd, het maakt hem niet uit wie iemand was of waar hij of zij vandaan kwam. Hij was van nature gewoon behulpzaam. 
'Leya is van Apostasy, Ollie.' mompelde ze. Oliver keek haar wat verbaasd aan, maar knikte toen begrijpend. Hij vroeg niet verder. Hij legde zijn hand even bemoedigend op haar schouder en zij glimlachte naar hem. Zijn haar zat vast vandaag. Ze vond zijn haar leuk, het was eens iets anders dan het altijd korte kapsel dat mannen normaal hadden. Ze kon er dan ook niet vanaf blijven.
'Je was ooit met haar, is het niet?' vroeg Oliver. Ze knikte. Het had geen zin om het te verbergen, hier in Cerdenda zouden ze er niets mee doen. Ze zouden haar niet uitlachen, ze zouden er geen probleem van maken, ze zouden het niet tegen iemand in Apostasy vertellen. Cerdenda was trouw.
Anoniem
Internationale ster



Leya's adem stokte in haar keel toen ze Apostasy aantrof. Het kamp was helemaal verwoest. Alle tenten waren kapot en er lag overal bloed. Er lagen zelfs een aantal lijken in de bloedplassen. Het aanzicht deed Leya rillen. Ze had het erg verwacht maar zó erg. De overlevenden waren druk in de weer met het verplaatsen van de lijken, die wil je natuurlijk niet in kamp hebben. Meteen zocht Leya naar de roodharige vrouw. Ze kon haar niet vinden, wel zag ze Seth staan. Snel rende ze naar de man toe. "Seth, waar is Lorraine?" vroeg ze, haar stem klonk bezorgd. Ze kon dan wel nooit gelukkig worden met Lorraine, dat hoefde niet te betekenen dat ze niet om haar gaf. Het kon niet zo zijn dat Lorraine vermoordt was, dat kon gewoonweg niet. Daar was ze veel te sterk voor en de rest van het kamp zou hun leider koste wat kost  beschermen. Die eer en verantwoordelijkheid hadden ze dan nog net wel.
Seth kneep zijn ogen tot spleetjes en deed zijn armen over elkaar. "Waar ben jij al die tijd geweest, Leya?" vroeg hij, zijn toon klonk beschuldigend. Zijn houding stond haar niet aan. "Ik vroeg je wat Seth," zei ze vervolgens. Seth zuchtte diep. "Je gaat het me niet vertellen hé?" zei hij toen. "Het gaat je niks aan. Waar is Lorraine?" Vervolgens wees Seth naar de linkerkant van het kamp, waar de grootste tent stond. "Ze is daar achter met de gewonden," antwoordde hij. Meteen draaide Leya zich van hem weg en liep ze naar de grote tent. Achter zich hoorde ze Seth nog mopperen. "Ja heel erg bedankt hé Seth. Geen dank Leya," hoorde ze hem nog zeggen.
Toen ze bij de grote tent aankwam stond ze even stil voordat ze naar binnen ging. Ze wist niet hoe ze Lorraine zou aantreffen, misschien zou ze wel ernstig gewond zijn, misschien was ze wel heel erg boos op haar omdat ze was gevlucht. Ze wist het niet maar daar zou ze snel genoeg achter komen. 
In één beweging opende ze de tent en liep ze naar binnen. Overal lagen gewonden, de een erger dan de ander. En het rook er naar bloed en drank. Zo rook het wel eens vaker in Apostasy maar Leya was nu zo gewend geraakt aan de frisse buitenlucht dat de geur haar deed walgen. In Cerdenda was alles veel beter geregeld en had iedereen elkaar geholpen. Hier waren ze daar niet zo goed in zo te zien. 
Verderop in de hoek van de tent zag ze een vrouw met rood haar zitten, ze zat met haar rug naar Leya toe. Snel liep Leya op de vrouw af en legde een hand op haar schouder. "Lorraine?" zei ze twijfelend. Meteen draaide de vrouw zich om. "Leya," antwoordde Lorraine. Lorraine's gezicht was helemaal bebloed, er zat een flinke kras in haar wang en bij haar wenkbrauw. Nu viel het Leya ook op dat Lorraine's rode haar helemaal in de war zat. Ook haar shirt was aan flarden gescheurd en haar armen zaten onder het bloed. "Wat is er allemaal gebeurd Lorraine?" vroeg ze vervolgens terwijl ze haar goed in zich opnam. Lorraine stond op, met moeite, maar ze wilde het duidelijk niet laten merken. De pijn was hoe dan ook zichtbaar in haar gezicht. "Wat is er niet gebeurd kun je eerder vragen," zei Lorraine. Haar stem klonk nog even sterk dan altijd. Leya kon het bewonderen. Was zij maar zo. Nee zij was in een gezakt en moest gedraagt worden. "Wat is er niet gebeurd dan?" Ze wist niet wat ze moest vragen eigenlijk dus deed ze maar wat Lorraine zei. Lorraine glimlachte even, ze leek duidelijk niet boos te zijn. Maar bij Lorraine weet je het nooit zeker, ze was een meesteres in het verbergen van emoties. "Toen jij gevlucht was. Toen dropte een over vliegend vliegtuig twee groepen soldaten van het menselijke leger. Ze hebben er 30 gedood en we hebben 20 gewonden. Ze wilde ons duidelijk uitschakelen. Waarschijnlijk om wraak te nemen op de aanslag van twee weken geleden," vertelde Lorraine. "Die aanslag die jij had gepland," voegde ze er nog aan toe. Leya wilde iets terug zeggen maar ze wist niet wat, het was alsof er gewoon geen woorden waren. "Waar was je Leya, ik had je nodig," zei Lorraine. 
Account verwijderd




Oliver vroeg er niet verder naar. Daar was ze blij om, want ze wilde het liever niet uitleggen. Er viel zo veel over te zeggen, maar op hetzelfde moment toch niet. Ze waren niets, ze waren geen stel, geen koppel. Ze had het wel gewild, maar in hun situatie was het niet mogelijk. Nu al helemaal niet meer. Het was voor haar onmogelijk om terug te keren naar Apostasy. Voor Leya was het onmogelijk om zich bij Cerdenda te voegen. Ze paste hier niet, haar hart was te vervuld met haat. Die andere Leya paste hier wel, de Leya die ze soms te zien kreeg. De Leya die wel in staat was tot houden van, de Leya die wel gelukkig kon worden. Zij zelf zag het als een gebroken deel, als een zwak deel, maar zij zag het als het enige deel van haar dat niet gebroken was. Zelfs Leya had liefde nodig, hoewel ze dat niet toe leek te geven. 
Ze liep met Oliver terug naar het kamp. Zo nu en dan wierp de man een blik op haar, maar hij vroeg verder niets meer. Af en toe bekeek ze de man, ze kon het niet helpen dat ze zich bedacht hoe simpel haar leven was als ze van een van deze mannen in haar leven hield. Dane, Oliver, eigenlijk maakte het niet uit, alles was simpeler dan Leya. Leya was op elke manier moeilijk. Ze was gebroken, zat in een ander kamp en waarschijnlijk gaf ze niet op dezelfde manier om haar. Hoewel ze haar wel gevraagd had waarom ze niet samen gelukkig konden zijn. Dat moest iets zeggen. Wat afwezig pulkte ze aan haar eigen vingers. Misschien gaf Leya wel op dezelfde manier om haar.
'Het spijt me voor je, Cel. Maar ik weet zeker dat hier ook iemand voor jou rondloopt.' verzekerde Oliver haar, waarna hij even naar haar glimlachte en toen bij haar wegliep. Hij had andere taken hier. Er zouden ongetwijfeld vandaag nog mensen naar hem toe komen met hun wonden. Wonden die geen directe genezing nodig gehad hadden, maar waarvan het handiger was als ze wel genezen werden. Ze liep haar tent weer in. Even keek ze naar Dane, die nog altijd in haar bed lag. Deze keer was hij echter niet wakker, hij lag te slapen. Een kleine glimlach vormde zich rond haar lippen. Dane was altijd vrolijk, maar op een of andere manier zag je aan hem dat ook hij zorgen had. Hij zag er zorgeloos uit als hij sliep. Ze pakte haar borstel van haar geïmproviseerde bureau en kamde haar haren. Ze vond het vreselijk als haar haren volledig door de war zaten, maar ze was te moe geweest om er iets aan te doen gisteren. Voor ze alle klitten eruit gekamd had, was ze toch al zeker twintig minuten verder. Ze zuchtte opgelucht toen ze haar borstel weer zonder problemen door haar haar kon trekken. 
Toen ze opnieuw opkeek, was Dane alweer wakker. Hij keek haar met een grijns aan, waardoor zij moest lachen. Hij kon vrolijkheid in de kleinste dingen vinden. En zij werd er altijd weer door aangestoken. Ze gooide een kussen naar zijn hoofd en ging toen zitten, waarna ze hem bestudeerde. Ze vond zijn haar het leukste aan hem, de bruine krullen pasten bij hem. Zijn haar leek net zo vrolijk als dat hij was.
Anoniem
Internationale ster



Er vormde zich een knoop in Leya's maag. Ze had nooit mogen vluchten, ze had moeten blijven en mee vechten. Ze had haar volk, haar mensen moeten beschermen. En boven alles had ze Lorraine moeten beschermen. Maar in plaats daarvan was ze als een bange haas het bos in gevlucht. Er was geen excuus voor en dat wist Lorraine ook wel. 
Een tijdje staarde de twee vrouwen elkaar aan zonder iets te zeggen, de ongemakkelijke stilte was duidelijk voelbaar. Totdat Lorraine de stilte weer verbrak. "Je hebt ons achtergelaten Leya. Waar ben je al die tijd geweest?" Leya slikte even en probeerde een antwoord te verzinnen. Ze had echter geen logische verklaring. "Ik wist niet wat me over kwam. Ik heb geschuild in een van de tunnels." Lorraine keek haar ongelovig aan. "Maar de deur was op slot dus ik moest de weg zoeken," maakte ze haar verhaal af. Het was waar wat ze zei. Ze had alleen bepaalde details weggelaten want ze wist zeker dat Lorraine die totaal niet op prijs zou stellen. "Het is je plicht om hier te blijven Leya," zei Lorraine, haar toon was serieus. Van het ene op het andere moment kon Lorraine veranderen in een leider. Dan ontstond er een soort afstand tussen hen. Deze afstand was nu ook duidelijk aanwezig. "Ik zal je moeten straffen hiervoor. Dit is namelijk een vorm van zwakte en dat kunnen we hier niet tolereren." De woorden kwamen hard aan bij Leya. Zwakte? Was ze echt zo zwak? Ze had gefaald. Ze moest nu haar straf ondergaan en ze zou waarschijnlijk ook van haar machtspositie af worden gehaald. Ze schaamde zich vreselijk, ze was een zwakkeling en ze had het niet eens door gehad. Het drong pas echt binnen nu Lorraine het zo nadrukkelijk zei. "Ik begrijp het, Lorraine," zei Leya vervolgens. Lorraine knikte kort, er was geen emotie zichtbaar op haar gezicht. "Je zult veroordeeld worden tot 10 zweepslagen." Leya had hier niks meer op te zeggen, ze wist wat haar straf was en zou die met opgeheven hoofd ondergaan. Hoe dan ook, ze zou nooit breken zo was ze niet. Ze zou haar sterkte terug krijgen en al het zwakte in haar elimineren. 
Om te kunnen reageren op forum topics moet je niveau minimaal Internationale ster zijn. Lees hier hoe je meer fans verdient.
Automatisch vernieuwen: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste