schreef:
Opnieuw zitten we opgesloten en een aantal jongens weten niet meer zo goed wie ze nou moeten geloven. "We krijgen hier te eten, we kunnen ons fatsoenlijk douchen en zijn niet omringt door gruwelijke wezens die ons proberen te vermoorden." Zijn hun argumenten. Maar daar ben ik het niet mee eens. Mensen kunnen nog veel gruwelijker zijn dan wezens die aangestuurd worden door een batterij. Mensen zijn namelijk het brein achter die apparaten en ze hadden liever ons allen zien sterven.
In de ochtend werden we opgehaald en naar de eetzaal gebracht, maar iedereen was erg stil en bekeek de verschillende bewakers bij elke deur. Die waren er niet om ons te beschermen, maar om ons tegen te houden voor het geval we proberen te ontsnappen. Zuchtend laat ik de rest van mijn eten staan. "Jouw eten was toch een stuk smakelijker." Opper ik terwijl ik naar Wok en Frypan kijk. Ze grijnzen even maar krijgen daarna dezelfde verdrietig blik in hun ogen als de rest. Hoewel we hier inderdaad gewoon te eten krijgen mis ik de Glade. We hadden zo ons leven daar, we konden voor onszelf zorgen en we hadden elkaar. Er waren bijna nooit ruzies of iemand die gestoken werd. Het was eigenlijk goed als je er zo over nadenkt.
Er loopt een vlugge schaduw vlak langs het raam. Ik weet zeker dat ik iemand zag lopen, of eigenlijk rennen. De rest heeft niets gezien, maar ik weet het zeker. Mijn ogen blijven strak op het raam gezicht. Daar! Een jongen rent vlug voorbij, samen met een ander meisje. Ik kijk ze na tot zover ik kan, maar ik zie ze al gauw niet meer. Zouden dat degene zijn van de andere proef? Fronsend blijf ik naar het raam kijken, maar er gebeurd niets meer.
We zitten weer opgesloten in onze kamer, we hebben niets anders te doen dan te discussiëren wat we moeten doen. Maar we komen er niet uit. Alleen Minho en ik zijn er van overtuigt dat we hier wel uit kunnen komen en we de bewakers op een manier moeten afleiden. Maar ze geloven er niet in.
"Dat alarm toen Malia kwam was er niet voor niks. Ze was ontsnapt en gelijk loeide die dingen door het hele gebouw." "Waarom zou ze eigenlijk zijn ontsnapt?"
"Wat denk je zelf, ze hoort bij WICKED ze wilt terug naar hen."
Ik weet niet zo goed wat ik hier van moet denken, het leek eerder of ze ons wilde waarschuwen voor iets. Helaas konden we haar niet horen door het glas.
De dag ging nogal langzaam voorbij, maar na het avondmaal werden we opnieuw opgesloten in onze kamer. We merkte wel dat de bewakers nog strenger waren en meer op ons lette, alsof er iets te gebeuren stond. We weten niet wat en we zullen er ook pas achter komen als er daadwerkelijk iets gaat gebeuren. Misschien WICKED die binnen stormt en ons weer mee neemt. Misschien cranks die het gebouw binnen komen en ons proberen op te eten. Wie weet. Wat maakt het ook uit. Als we hier dag in dag uit maar blijven zitten en niks kunnen doen is het misschien maar beter als die cranks komen.
Opnieuw kan ik niet slapen, hoe moe ik ook ben. De slaap wil mij niet pakken en het is erg frustrerend. Ik draai mij meerdere malen om, maar het wil niet. Een aantal jongens liggen te snurken. Toch nog iets vertrouwds hier. Maar dan hoor ik een rammelend geluid onder mijn bed vandaan komen, het klinkt wel als een ventilatiepijp. Voorzichtig kijk ik onder mijn bed, plots word ik vastgegrepen door twee handen, een voor mijn mond en een bij mijn bovenarm. De handen trekken mij van mijn bed af. Ik probeer tegen te spartelen, maar dan herken ik de kleding die degene draagt. Het is de jongen die ik vanmorgen bij het ontbijt zag, die langs het raak liep. "Volg mij." Is het enige wat hij op fluisterende toon zegt en verdwijnt de ventilatiepijp in.