Varamyr schreef:
''So, what's the matter, huh? Because mother didn't tell me why you needed me,'' vroeg ze op een licht botte toon toen ze het balkon passeerde. Haar jongere zuster met een leeftijd van drie jaar keek getreurd voor zich uit. Een donkerbruine, versleten teddybeer hield ze in haar hand vast, terwijl ze met haar andere hand naar de bloempotten wees. ''It felt down in ground. I not dare to grab it, because spiders. Can Adoria help my necklace?'' Ze bracht haar teddybeer naar haar beer, innocent kijkend naar de half dode bloemen in de bakken.
Haar moeder daarentegen verscheen in hun zicht. Haar lijkbleke gezicht stond op spanning. ''She asked for help, Adoria Robertson. Do me a favor and help her getting her necklace back.''
''I am not rensponsible for her stupid actions. She lost it so she's the one who has to find it back!''
''Do not yell at me!'' Wederom viel er een stilte waar beide elkaar aankeken. Hun daden waren slecht voor Valeria's haar manieren, maar ze waren beiden te eigenwijs om hun acties tot stop te zetten en het ergens anders -zonder Valeria's toezicht- uit te vechten.
''Go and find her necklace. I won't say this again, you whore.''
Haar laatste uitgesproken deden de druppel overlopen. Voor ze het doorhad, spande ze impressief haar armen direct na ze haar handen tegen haar lijf aan had gedrukt waarna ze een krachtige duw naar voren gaf. Geen enkel sprankje van verzet kon haar moeder uitvoeren, want binnen een fractie van een seconde lag ze levenloos op de marmeren grond beneden haar.
Hoe onschuldig ze ook leek, ze was één groot hart waarbinnen een slopersbal zwaar tegen de wanden sloeg. Het verbaasde haar enigszins dat ze geen schuldgevoel of verdriet voelde, maar het was nu niet het moment om daar aandacht aan te besteden. Ze was niet de enige die had gezien hoe haar moeder ten dode viel. Ergens dicht bij haar deinsde een angstig gezicht van haar weg. Ze had gezien hoe haar jongere zusters handen trilden en hoe ze bij elke stap van de klokwijzer weer zwaarder en zwaarder ademhaalde.
Ze likte kort over haar lippen en bleef kijken naar het lichaam op de grond. Bloed vloeide uit haar hoofd waardoor een grote plas bloed zich had gevormd op de grijze grond onder haar. Elke ochtend stond ze op als aanstaande moordenaar, maar nooit had ze het lef gehad om haar moeder op koelbloedige wijze te vermoorden. En nu had ze eindelijk het lef om de stap te zetten, maar geen sprankel van voldoening ging zich in haar om. Ze wilde haar angst voor de dood zien en dat had ze in de haast gemist.